Vincent Callebaut Architectures
De metamorfose volgens Vincent Callebaut
De visionaire architect Vincent Callebaut, geboren in België in 1977 en afgestudeerd aan het Victor Horta Instituut in 2000, neemt ons mee in de toekomst. Vincent Callebaut Architecture schetst een metabolistische architectuur en haalt zijn inspiratie voornamelijk uit het biomimetisme, vormen en materialen die men in de natuur kan aantreffen.
Eerst wat historiek
Het erfgoed van ‘Tour et Taxis’ is een oude, en gigantische, industriële site in Brussel, voorheen gebruikt voor douane-inklaring en de opslag van goederen. De indrukwekkende site van 40 hectare bestond uit een groepering van prestigieuze gebouwen en vertegenwoordigt de gouden eeuw van de industrialisatie. Tevens de gouden eeuw van de burgerlijke bouwkunde, het smeedwerk, de steenindustrie en het natuurlijk licht. Vandaag is de buurt van ‘Tour & Taxis’ in volle (r)evolutie. Het Koninklijk Pakhuis, een voormalig handelspand, biedt tegenwoordig onderdak aan verschillende winkels, restaurants, kantoren… maar ook aan verschillende culturele evenementen. Een tunnel verbindt het magazijn met de Sheds (hier worden diverse evenementen georganiseerd, zoals het Internationaal Festival van de Fantastische film, de Boekenbeurs of de Antiekbeurs…). Een waar meesterwerk van de burgerlijke bouwkunde.
Naar een multifunctionele eco-campus
“De wens is om te handelen als verkenners, om ‘Tour & Taxis’ voort te stuwen naar de 21e eeuw, zowel op gebied van toepassingen, technologische vooruitgang, maatschappelijke innovatie en duurzame bouwprincipes. Daartoe is de architectuur in staat het concept van “Energetische Solidariteit” tot uitvoering te brengen, door een hedendaags project te integreren in een erfgoedpand. De uiteindelijke doelstelling is de ontwikkeling van een reële multifunctionele eco-campus waar het aangenaam leven, werken, wonen en ontspannen is; een eco-campus grenzend aan het Brusselse kanaal en gearticuleerd rondom drie assen: het inblazen van nieuw leven in erfgoedpanden, duurzame gemeenschappen en water. Deze ontwikkeling gaat gepaard met het creëren van een gateway voor het openbaar vervoer en het zwakke verkeer, die de Picardstraat, gesitueerd aan het zuiden van de site, koppelt met het Noordstation. Het project betreft de metamorfose van het Goederenstation en 50.000m2 aan multifunctionele ruimtes met een mix van economische (kantoren, werkplaatsen,…) en commerciële (markt, showrooms, winkels…) activiteiten, alsook communautaire faciliteiten. Ten noorden van het getransformeerde Goederenstation stelt de architect ook een ecologisch concept van drie residentiële “verticale bossen” voor van 85.000m2 en de ontwikkeling van een grote vijver, omzoomd door een biologische zwempoel, die het ‘Tour & Taxis’ Park verbindt met het Brusselse Kanaal.”
Het Goederenstation
Het Goederenstation, bestaande uit vijf indrukwekkende stationshallen uit ijzer, gietijzer en glas, is één van de grootste van Europa. Aan het begin van de 20e eeuw kwamen er echter geen reizigers, enkel opslag- en transitogoederen. De architecten Constant Bosmans en Henri Van de Velde zagen het niet alleen groot. Ze hadden daarnaast ook nog oog voor detail. “Ons concept bestaat er in het nieuwe openbare park en het kanaal te integreren in het Goederenstation, in het verlengde van de 280m beuken, en er zo een echte BIOCAMPUS van te maken waar het aangenaam werken en ontspannen is. De twee middenbeuken bevatten nerven van planten- of watermotieven. Deze binnentuinen, een tropische in het oosten en een continentale in het westen, begroeien de functionele entiteiten en vormen als het ware watervallen van exotische en endemische planten. De architectuur is een resolute spiegel van de tijdsgeest. Ze haalt haar inspiratie uit het biomimetisme, zowel op het gebied van de morfologie als de structuur, als in de materialen van biologische origine die toegepast worden. Tegenover het ijzeren kantwerk van de hallen wordt de BIOCAMPUS gebouwd in massief hout en uit gelamineerd kruislaaghout (Cross Laminated Timber), om zo de koolstofvoetafdruk van het gebouw te doen dalen, alsook een aangenaam welzijnsgevoel te creëren in dit indoor microklimaat. Door zijn ruimtelijke ordening bevordert de BIOCAMPUS ook het innovatieve, de interdisciplinariteit en het transversale. Alles met het oog op co-working en de circulaire economie van deze eeuw, gebaseerd op de theorie van de “Triple R”: Reduce, Reuse, Recyle. Het leitmotiv is hier het bieden van leef- en werkruimte op verschillende schalen, om te voldoen aan de multidisciplinariteit en de innovatieve versnelling. Deze ruimtes, variabel in oppervlakte, maar steeds op menselijke schaal (net zoals de Romeinse piazza’s), zijn op de begane grond aan elkaar gelinkt via fietspaden. Op een hoogte van 6m60 vinden we dan weer platformen terug in de bomen die een uitzonderlijk zicht bieden op het gedetailleerde botanische ijzerwerk ontworpen door Frédéric Bruneel.”
Cradle to Cradle
Deze co-working, e-commerce en e-sharing ruimtes kunnen gewijd worden aan verschillende bedrijven met een duurzame insteek of incubatoren voor startups. Het interieur is flexibel, eenvoudig te wijzigen dankzij de double decks, voorzien van sanitair en ICT. Er worden enkel materialen gebruikt van biologische oorsprong, gerecycleerd of recycleerbaar, volgens het “Cradle to Cradle” principe. Verpakt in water- en lucht dichte gevels, met hoge thermische inertie, vormt het enorme schip, een ruimte met microklimaat en met gereduceerde behoeftes. De ruimte integreert de regels van het passieve bioklimatisme en geavanceerde hernieuwbare energietechnologie zoals: het recupereren van regen- water, Canadese (of Provençaalse) putten voor een natuurlijk ventilatie, tuinen met evapotranspiratie, biomassa warmtekrachtinstallaties, een boerderij met 88 axiale wind turbines, dak systemen voor zonne- en warmte-energie of nog de zuidelijke gevels in silicium. Alles staat hier in het teken van een energiepositief gebouw (BEPOS): een energie-positief gebouw produceert 186% van zijn jaarlijkse behoeften, oftewel 2.803.760 KWh/jaar voor een gemiddeld geschatte consumptie van 50.000m2 x30 KWh/m2/jaar = 1.500.000 KWh/jaar). Het Goederenstation heeft dus een energetische meerwaarde van 86%, in realtime te herverdelen over de naburige historische gebouwen of aan de toekomstige duurzame vestingen.
Verticaal bos en sky-villa’s
“Het concept van verticale bossen is het bouwen van Sky-Villa’s: huizen met privétuinen en gemeenschappelijke boomgaarden in de Brusselse hemel. Dit concept van het verticale dorp komt overeen met de geografische segregatie, tegenwoordig een verouderd idee, tussen privé woonplaats op de buiten en werkplek in het stedelijke centrum. Minder tijd in de auto betekent ook meer tijd voor zich! De drie verticale bossen flankeren het industriële pand en worden van elkaar gescheiden door tuinen van telkens 35m breed. De gevels vertalen de sociale diversiteit, net als een reusachtige Tetris, die op zijn beurt alle sky villa’s overkoepelt, van de grootste tot de kleinste. Door de schuine hellingen, die de gemeenschappelijke gedeeltes op het gelijkvloers niveau overkapt met boomgaarden, strekt het ‘Tour & Taxis’ Park zich uit over de groene daken, met bucolische wandelingen, overhangend boven de centrale vijver. In het zuiden overstijgen de gebogen daken de 24 meter niet, zodoende liggen ze volledig in lijn met de nokken van het Goederenstation. In het noorden, langs de toekomstige ‘Tour & Taxis’ Avenue, bereiken ze een hoogte van 100 meter en meer dan 30 verdiepingen met panoramisch uitzicht over Molenbeek, Laken en het Atomium in de verte. Tussen deze verticale dorpen en het Goederenstation komt er een urbanistisch scharnier, bestaande uit drie verschillende entiteiten: 1. Een grote moerassige vijver, positief voor de Brusselse biodiversiteit; 2. De oude vis- en oliehallen, getransformeerd in een bar en een restaurant; 3. Een reusachtige waterlelie met een evenements- en tentoonstellingsruimte en een open air auditorium op het dak. Deze urbanistische compositie maakt de link mogelijk tussen de grote binnenplaats, gesitueerd aan het noordoosten van het Koninklijk Pakhuis, en het Park aangelegd aan de noordwestelijk kant, op de overblijfselen van de oude sporen. Iedere zone van het masterplan werd als dusdanig aan elkaar verbonden, naar het beeld van een avant-gardistische TEGPOS (Energiepositieve Gebouwde Omgeving), het symbool van de juiste symbiose tussen mens, technologie en ecosysteem.”
Bestuderen, metamorfoseren, transformeren…
Vincent Callebaut werkt op dit ogenblik aan het project ‘Paris Smart City 2050’. “Een project dat als doel heeft het onderzoeken van de vooruitzichten van de integratie van hoge gebouwen in de Parijse binnenstad. Een project dat onderzoekt hoe de huisvestingscrisis op te lossen.” “Metamorfoseren, dat is geen tabula rasa maken van het verleden, maar het beste van dit verleden integreren in de toekomst, dat is kiezen welke elementen uit het verleden de basis zullen vormen van de toekomst…” Vincent Callebaut zet onze maatschappij aan tot anders denken en verandering… een ambitie die hij stap voor stap tracht te verwezenlijken!
Tekst: Stéphanie Poppe
Foto’s: Vincent Callebaut Architectures
Vincent Callebaut Architectures
Rue de la Roquette 2 – 75011 Paris (FR)
t. +33 1 43 43 08 56
vincent@callebaut.org – www.vincent.callebaut.org