VOLT architecten

VOLT architecten

Functionaliteit hand in hand met hoogstaande architectuur

In 2012 kwam architectenbureau Volt als laureaat uit de bus voor het ontwerp van het nieuwe administratief- en dienstencentrum van de gemeente Staden. Het ontwerp waarmee VOLT de ontwerpwedstrijd van de Vlaamse Bouwmeester binnenhaalde, steunde op drie grote kernprincipes. Het gebouw moest volwaardig onderdeel uitmaken van een nieuw aan te leggen groenzone, het moest een transparant maar ook huiselijk gebouw zijn waar elke bezoeker moeiteloos de juiste dienst vindt en waar het personeel toch afgeschermd kan werken en vergaderen en ten slotte wou de architect de publieke raadzaal laten fungeren als een soort uitkijktoren over de gemeente en de omgeving. Ondanks deze laatste functie mocht het gebouw geen overheersende indruk maken op de omliggende buurt en op het park rondom.

 

Volwaardig onderdeel van gemeentepark

“Het gebouw moet de gevel vormen van het park en het park moet de gevel vormen van het gebouw”, zo luidde het uitgangspunt van VOLT. De hoek tussen de Ieperstraat en de Hospitaalstraat werd vroeger ingenomen door een rusthuis, dat eigenlijk een hoge muur vormde langs de Ieperstraat en zo het achterliggende gemeentelijke park volledig afsloot van het zicht. VOLT koos bewust voor een tweedelig gebouw dat dankzij zijn scharniervorm het park en de lagere school als het ware omarmt en zo voorbijgangers uitnodigt in het dienstencentrum en in het park. De langwerpige voorzijde van het gebouw leidt de bezoeker automatisch naar de inkom. De grote glaspartijen in combinatie met lichtgrijze beton- en cementplaten bevestigen het open karakter van het gebouw, terwijl de buitenzijde van het onthaal een schitterende gouden kleur heeft. Zo’n gouden element keert trouwens terug aan elke zijde van het gebouw, de belettering op de straatgevel en deur van de fietsberging, en bezorgt het geheel een speelse, levendige en warme toets.

 

Openheid voor bezoekers in combinatie met warme werkruimte

Bij het binnenkomen herkent de bezoeker onmiddellijk het transparante en open gevoel van de buitenzijde. Over de volledige lengte van het gebouw loopt een brede gang, die de bezoeker naar buiten toe op elk moment uitzicht biedt op het park en aan de binnenkant duidelijk de verschillende gemeentelijke diensten aanduidt. Bij het ontwerp speelde de architect met het idee van een open aaneenschakeling van aparte modules die op een transparante manier met elkaar in verbinding staan. Dankzij de moduleerbaarheid van de ruimtes op het gelijkvloers is dit idee bewaard gebleven in het eindresultaat. Een open gevoel dat door quasi alle elementen in het gebouw bevestigd wordt. Uiteraard door de grote glaspartij met zicht op het park, maar ook door de lange open trap en de lange betonnen draagbalk die vertrekt vanuit het scharnierpunt tussen beide delen en zo parallel
loopt met de lange trap.

De hogere verdiepingen steunen haast volledig op de buitenstructuur van het gebouw, het heeft dus geen interne draagmuren. Het resultaat is een open ruimte met landschapsbureaus die kunnen worden aangepast in functie van de teams die er werken of van de evenementen die er plaats vinden. Ondanks dit “landschapsprincipe” biedt het gelijkvloers toch plaats aan puur administratieve functies. Met zachte elementen zoals halfhoge kasten of gordijnen kan het administratieve personeel zich buiten de bezoekuren of tijdens besprekingen afscheiden van bezoekers. Tegelijk voorzag de architect patio’s binnen het gebouw, zodat het personeel op elk moment een open gevoel heeft, ook wanneer het is afgescheiden van de bezoekersgang met uitzicht op het park. De “publieke” ruimtes van het administratieve centrum bevinden zich op het gelijkvloers en op de tweede verdieping. Op deze bovenste verdieping vinden we de raadzaal terug, de “uitkijktoren” uit het derde kernelement van het basisontwerp. De uitgestrekte trap (die men aan de buitenzijde herkent aan de schuin oplopende glaspartij) nodigt de bezoeker uit om meteen de trap naar de tweede verdieping te nemen. Op die manier is de architect erin geslaagd om extra afgesloten back office ruimte te creëren op de eerste verdieping en de tweede verdieping toch als logisch onderdeel van de publieke ruimte te laten beschouwen.

 

Hoog uitzicht

Het derde kernelement van het winnende ontwerp was de “uitkijktoren”. In elk gemeentehuis vormt de raadzaal een van de belangrijkste publieke ruimtes. Het kreeg in dit ontwerp dan ook een centrale rol toegewezen door de architect, helemaal bovenaan het gebouw. Zowel aan de Ieperstraat als langs de school en het gemeentepark is de raadzaal omgeven door grote glaspartijen, van waaruit men een schitterend uitzicht heeft op het centrum met kerktoren enerzijds en op de heuvels richting Ieper anderzijds. Dit uitzicht geeft de raadzaal een uniek karakter dat perfect aansluit bij huwelijksvoltrekkingen of belangrijke vergaderingen. Het gebouw telt dan wel drie verdiepingen, toch komt het allesbehalve imposant over, vooral doordat het hoogste deel zich aan de voorzijde bevindt (waar het gebouw het park omarmt). Zowel langs de Ieperstraat als langs de Hospitaalstraat telt het slechts één verdieping en sluit het perfect aan bij de huizenrijen aan de andere kant van beide straten, terwijl er binnenin toch een grote ruimte ontstaat van drie verdiepingen. Interessant is trouwens ook de plaatsing van de receptieruimte / bar / ontmoetingsruimte van het centrum, achter de enorme glaspartij op het gelijkvloers aan de kant van de Ieperstraat. Alle bewoners en voorbijgangers kunnen steeds duidelijk zien wanneer er een publieke gebeurtenis plaatsvindt en voelen zich automatisch betrokken en uitgenodigd.

 

Een samenhangend en leefbaar geheel

Ondanks een aantal budgettaire aanpassingen door de bouwheer is de architect er perfect in geslaagd om de basisprincipes van het gebouw volledig te bewaren. Niet alleen omwille van de drie kernideeën die we al vermeldden, maar ook dankzij de enorme samenhang die uit alle aspecten van het gebouw blijkt.De architect werkte voor de omgevingsaanleg nauw samen met een groenontwerper (G.R.A.S.land), maar ook met meubelmakers en een grafisch bureau (Het Vliegend Hert). Het resultaat is een gebouw dat perfect aansluit bij de omgeving en waar interieur en kleurkeuzes op hun beurt perfect aansluiten bij de werking van het gebouw. De publieke ruimtes zijn opgebouwd uit “koele” elementen (grote glaspartijen met zicht op het park, grijze en witte vloer- en wandelementen), aangevuld met licht-houten elementen (dakstructuur, trap, meubilair). De administratieve ruimtes krijgen een huiselijk karakter door “warme” afwerkingskleuren: een okergeel vloertapijt in combinatie met paarsblauwe en citroengele gordijnen. Het gebouw staat met zijn open en tegelijk huiselijk karakter volledig ten dienste van zijn bezoekers en van zijn personeel.

Tekst: Arjan Kwakkenbos
Foto’s: Nick Cannaerts

 

VOLT architecten
Burggravenlaan 264/101 – 9000 Gent
t. 09 219 00 74
www.voltarchitecten.be