Docking Architecture

Docking Architecture

Leven rond drie patio’s

Architect Francis Delacroix tekent nog maar één woning om de zoveel jaar. Als hij dat doet, dan gaan alle creatieve remmen los. Zoals ook te zien is in deze villa in Jabbeke die zich met een strak, lineair ritme van beton en glas uitrekt in een uitgestrekte parktuin.

Alleen als hij voelt dat het echt speciaal kan zijn, kruipt Francis Delacroix nog eens achter de tekentafel. Verder vind je hem vooral op zijn boot aan de Gentse Voorhaven. Daar is zijn ingenieursbureau Lime gevestigd, dat dezer dagen het meeste van zijn tijd opslorpt: Delacroix heeft zijn rol als architect grotendeels ingeruild voor die van stabiliteitsingenieur.
“Momenteel werk ik wel nog aan het ontwerp van een loft. Voor een koppel dat woont en werkt in Kenia. Zoiets intrigeert mij, waarschijnlijk omdat ik zelf een fervent reiziger ben. Maar eens dat project af is, dan zal het weer even stil zijn. Het is een luxe om te focussen op één woning en daar alles uit te halen.” Ergens is die kieskeurigheid jammer, want wat Delacroix bijeentekent is doorgaans een lust voor het oog. Zijn woning voor landschapsarchitect Yvo Inghelram en diens vrouw is daar het beste bewijs van. Het koppel had enkele jaren geleden een prachtig stuk natuurgebied gekocht met daarop een kleine jarenzeventigbungalow. Die wilde het inruilen voor een modernistische villa waarin de natuur zoveel mogelijk doorleeft. “Het huis zou een rustpunt vormen in de natuur, waarbij architectuur en tuinontwerp in totale harmonie zijn”, legt Delacroix uit. “Inghelrams werk is minimalistisch en heel zen, sterk beïnvloed door de Japanse stijl. Hij geeft de natuur graag alle vrijheid en speelt daarop in met golvende groenvormen en lineaire stijlelementen. Vooral die rechtlijnigheid moest doorvloeien in de woning: de bouwheer had een langgerekte balkvolume voor ogen, naar analogie van zijn eigen ontwerpen.”

 

Lineaire woning

Eén probleem: het perceel ligt in zonevreemd gebied, waardoor er aan een aantal voorwaarden en verplichtingen moest worden voldaan. Zo moest er gebouwd worden binnen de footprint van het originele huisje, terwijl het volume met maximaal twintig procent mocht uitgebreid worden. “Het bestaande pand was echt klein. Daarin lag de grote uitdaging: de volumebeperking wegwerken om het effect van een lange lineaire woning te verkrijgen die zo min mogelijk ingrijpt in het landschap,” legt Delacroix uit. Een eerste ingreep was de oorspronkelijke kroonlijst verlagen. Daarnaast werd de woning visueel langer gemaakt door ze op te splitsen in twee langwerpige balkvolumes, die parallel, maar op ongelijke diepte ingeplant werden en aan elkaar gekoppeld zijn door een transparante toegang. Het ene herbergt de leefruimte en een werkkamer, het andere de nachtdelen. De gevels van die laatste worden verlengd om een patio te vormen, alsof het gebouw zijn armen uitsteekt richting de natuur. “Door de buitenmuren ook nog eens visueel uit te rekken oogt het huis veel groter dan het in werkelijkheid is. Er ontstaat een gevel van 26 m breed, die het terrein lijkt te doorklieven.” Grote vlakken zichtbeton en glas volgen elkaar op in een strak ritme. Terwijl de natuur zich spiegelt in kamerhoge raampartijen, doet de zacht grijze wolktekening van het beton het huis bijna vermengen in de lucht. “Gebouw en omgeving komen heel dicht bij elkaar. De dakrand bijvoorbeeld is niet meer dan een fijn zwart lijntje. Er zijn ook geen dorpels aan ramen, de profielen zitten verzonken in de grond. En de buitenaanleg eindigt rakelings aan de woning, zonder storende elementen”, aldus Francis Delacroix.

 

Vogelkooi

De grote raampartijen creëren niet alleen ruimte, ze zuigen de natuur naar binnen. Bovendien zijn de plafonds teruggetrokken, zodat het glas doorloopt in de dakrand. Als je rondwandelt merk je overal prachtige doorzichten richting de tuin. Die zichtlijnen zijn geënt op boeiende punten, zoals de enorme treurwilg die vanaf de inkom zichtbaar is en als een gordijn het grote hoekraam in de living bekleedt. “De inplanting is volledig gebeurd in functie van de bestaande bomen en hagen”, zegt Francis Delacroix. “Het huis moest zich aanpassen aan het terrein en niet omgekeerd. Via verschillende perspectieven beleef je de natuur op heel diverse manieren waar je ook bent. Je leeft hier echt mee met de seizoenen.” Drie patio’s versterken de link met buiten. Twee in het slaapgedeelte en één grote in het kantoor: een moderne vogelkooi waarin tientallen kleine vogels te spotten zijn. “De eigenaar is een liefhebber van designstoelen en vogels. Zijn volières heeft hij lang bewaard in het oude huisje dat hier eerst stond. Daar moesten we dus absoluut iets mee doen. Het is een wild stukje natuurgebied in het huis. De andere patio’s zijn meer gestileerd en dienen ook als privacyscherm ten opzichte van de buren. Daar is vooral de grond opvallend. Hij bestaat uit mos dat dezelfde golfbeweging maakt als de gewolkte buxushagen in de tuin. Berken zorgen voor verticaliteit, in contrast met de horizontale woningopbouw”, zegt Delacroix.

De patio’s dragen ook het signatuur van Francis Delacroix als ingenieur. “Het gebouw bestaat hoofdzakelijk uit glas, zeker met al die patio’s. Om die reden mochten er nergens structurele elementen in het oog vallen. De buitengevels zijn de enige dragende structuren. Dwarse wanden die steun bieden zijn er niet. Dat hebben we opgevangen door om de zoveel meter betonkolommen in de buitenmuren te verwerken en die te verbinden met een stalen constructie onder het dak: een portiekwerking waarop de stabiliteit van de holle open doos steunt. Dat zie je bijvoorbeeld goed in de leefruimte waar een volledige hoek uit glas bestaat: nergens zijn er steunbalken zichtbaar. Het gebouw lijkt wel een loft met alleen maar open ruimtes. We hebben de structuur zoveel mogelijk proberen te verbergen om een maximale verankering in het landschap te verkrijgen.”

 

Tekst: Bart De Maesschalck
Foto’s: Annick Vernimmen

 

 

Docking Architecture
Voorhavenlaan 33 – 9000 Gent
t. 0473 67 71 51
francis@ms-leopard.be