Schellen Architecten
Een aantal jaar geleden bouwde Schellen Architecten de nieuwe hoofdzetel voor totaalaannemer Van Roey in Rijkevorsel. Een uiterst duurzaam U-vormig gebouw, waarvan de aanblik sterk bepaald wordt door beweegbare glazen lamellen die de inval van zon en licht regelen. Het resultaat is een strakke balk met een bijzondere ritmiek, die binnen extra beleving krijgt door een groot atrium en ongebreideld zicht op een grote tuin met vijver. Recent nam het architectenbureau ook de kantoren van dochteronderneming Staalbeton onder handen, dat zich vlak naast de vestiging van Van Roey bevindt. Ook nu weer zijn ontwerp en constructie op zijn zachtst gezegd bijzonder te noemen. Tussen twee bestaande loodsen klemden de architecten een indrukwekkend balkvormig poortgebouw, bekleed met witte aluminium cassettes en geritmeerd door verticale, glazen lamellen met een koperkleurige doek. Zo knipoogt de architectuur subtiel naar die van de hoofdvestiging en wordt de eenheid en verbondenheid tussen beide bedrijven gesymboliseerd. ‘Staalbeton groeit de laatste jaren sterk’, vertelt Reginald Schellen, zaakvoerder van het gelijknamige architectenbureau. ‘Om op die groei te reageren, drong zich een make-over op van de kantoren. De bureaus en vergaderzalen waren vroeger ondergebracht in twee loodsen die van elkaar gescheiden worden door een inrit voor vrachtwagens. Omdat die inrit behouden moest worden, bedachten wij een half zwevend volume erboven, als koppelteken tussen de bestaande productiehallen. Je kunt het zien als een soort van brug, waar de vrachtwagens gewoon onderdoor kunnen rijden.’
Vakmanschap
Staalbeton is een belangrijke toeleverancier voor de bouwsector met een wapeningscentrale, metaalschrijnwerkerij en prefabafdeling. Dat toonaangevend vakmanschap komt ook tot uiting in de architectuur. Ter hoogte van de uitkragende luifels is geopteerd voor strakke, witte geplooide aluminium cassettes. De ritmering van de lamellenstructuur wordt dan weer benadruk door bakstenen penanten, gemetseld met handgevormde bakstenen van Petersen die ook binnen in de patio zichtbaar zijn. ‘Het gebouw van Staalbeton en dat van Van Roey moesten samen één krachtig geheel vormen dat ook de eigen expertise in de verf zet’, legt Reginald Schellen uit. ‘‘Voor Van Roey hebben we in de tijd gebruik gemaakt van verticale glazen lamellen op het westen en horizontale op het zuiden. Dat concept komt hier terug, ook deze keer zijn de lamellen voorzien van een koperkleurige doek. Zo verhinderen ze niet enkel dat er te veel zon naar binnen komt, op zonnige dagen krijgt de gevel ook een warme, koperen gloed. Daarnaast knipoogt ook het gebruik van baksteen naar de architectuur van het hoofdkantoor van Van Roey. Daar primeert een roodoranje gevelsteen. Hier hebben we gekozen voor een erg lange, op maat gemaakte steen die sterk varieert qua kleur. De baksteen laat zien hoe belangrijk craftmanship is voor de bouwonderneming.’
Groene binnenpatio
Binnen zijn de ruimtes huiselijk ingekleed, met de nadruk op kalme kleuren en warme materialen. Ze vormen het perfecte tegenwicht voor het vaak hectische gebeuren in de omliggende productie-omgeving. Bijna vier meter hoge plafonds versterken de ruimtelijkheid, terwijl het hart van het gebouw wordt gevormd door een patio met in het midden een solitaire boom. Die zorgt er enerzijds voor dat daglicht volop kan binnenvallen en anderzijds dat de natuur zich in het gebouw integreert. ‘De site maakt deel uit van een harde industriële context. Om een warme, rustige en aangename werkomgeving te creëren, was het belangrijk die te verzachten’, legt de architect uit. ‘De vroegere kantoren waren relatief donker. Nu is dat het tegenovergestelde. De open, hoge ruimtes geven de werknemers weer ruimte. Bovendien heeft de patio betrekking op zowat het hele gebouw, waardoor er overal veel natuurlijk licht binnenkomt. Als medewerker behoud je op elk moment voeling met wat er buiten gebeurt: de lucht, het weer, de seizoenen die veranderen. Daarnaast zorgt de boom ervoor dat er ook groen in het gebouw komt. Als je binnen zit, merk je op geen enkel vlak nog dat je eigenlijk in een industriepark aan het werken bent. Zodra je binnenkomt, kijk je uit op de patio en het groen. Op de eerste verdieping kan je zelfs lunchen op het terras in de schaduw van die boom, wat nog een extra dimensie geeft.’
Transparant BIM-parcours
Architect en bouwheer/uitvoerder zaten vanaf het begin samen rond de tafel om een vlotte verloop van het bouwtraject te garanderen. Het hele gebouw is gestoeld op een 3D BIM-model dat stapsgewijs werd opgebouwd en de samenwerking tussen alle partners heeft geoptimaliseerd. ‘Het was een erg transparant parcours waarbij elk aspect grondig en tijdig geëvalueerd, besproken en gemodelleerd werd door alle betrokken partijen’, benadrukt Reginald Schellen. ‘Door te werken met BIM kan je alle nodige informatie over het bouwwerk opslaan en op voorhand reageren op mogelijke problemen of pijnpunten. De kans op fouten neemt aanzienlijk af. Daarnaast heb je een betere kijk op eigenschappen van onderdelen, afmetingen en materialen. De grootste uitdaging was eigenlijk om de funderingen van de bestaande loodsen te ontzien, vermits het nieuwe kantoorgebouw daartussen ontworpen is. Maar al in een vroeg stadium hebben we de nodige sonderingen en metingen gerealiseerd. Daarnaast was het nodig dat de aanpalende loodsen tijdens de werf toegankelijk bleven voor klanten en leveranciers. Er is op voorhand naar oplossingen gezocht, waardoor de uitvoering heel vlot is verlopen.’
BEN-gebouw met E peil 25
Het nieuwe hoofdkantoor behaalde het Bijna Energie Neutraal-label en klokt af op een E-peil van 25, wat vrij uitzonderlijk is voor een gebouw van een dergelijke omvang. Een van de belangrijkste ingrepen is de integratie van KWO of koud-warmteopslag, waarbij zowel warmte als koude in de bodem worden opgeslagen. Op die manier wordt het kantoorgebouw op een duurzame manier verwarmd in de winter en gekoeld in de zomer. ‘KWO is een innovatief en onderhoudsvriendelijk systeem dat sterk bijdraagt aan een aangenaam binnenklimaat. Dit gebouw draait niet enkel om kwalitatieve ruimtes met hoge plafonds en veel lichtinval. Hier is tot in het extreme nagedacht over hoe we het comfort van de werknemers op een energie-efficiënte manier kunnen verhogen. KWO is op dat vlak een erg interessante oplossing. De overtollige warmte wordt in de zomer ondergronds gestockeerd om in de winter opnieuw te gebruiken. Via een warmtepomp en netwerk van leidingen brengen we de energie terug naar binnen. Zo ontstaat een comfortabel en energiezuinig systeem dat het hele jaar door een aangename werkomgeving bevordert.’
Tekst: Bart De Maesschalck
Foto’s: Nicolas Vantomme