hasa architecten
Een internaat voor diverse leeftijds- en doelgroepen ontwerpen, is geen sinecure. Zeker niet wanneer het gebouw een grote mate van flexibiliteit in zich moet dragen om op elk moment te kunnen schakelen. Anderzijds wil je dat elke gast er zich zoveel mogelijk thuis kan voelen en er rust kan vinden. Die dualiteit loste hasa architecten op door het gebouw als een lus te ontwerpen rond een grote patio waardoor er steeds contact is met een lichtrijke en groene buitenomgeving. Ook de bakstenen schil zorgt voor een huiselijk effect en laat het gebouw opgaan in de bosrijke omgeving.
In het kader van Scholen van Morgen ontwierp hasa architecten een bundel van vijf scholen voor Broeders van Liefde. Op deze campus Kristus Koning in Brecht bevinden zich reeds een basis- en middelbare school voor buitengewoon onderwijs met bijhorend enkele vleugels voor internaatstudenten. Deze verschillende entiteiten liggen mooi verscholen in het bos. De nieuwe opdracht die hasa architecten kreeg, was het ontwerp van een internaat voor 40 kinderen of jongvolwassenen met een verstandelijke beperking dat zich weliswaar ook op de site van de bestaande campus bevond, maar meer de link legde met de straat en het openbaar domein. Het moest bovendien een heel flexibel gebouw zijn dat kon inspelen op een variabele grootte van de leefgroepen. Sarah Flebus: “Behalve de zoektocht naar een heel aanpasbaar gebouw binnen die bosrijke omgeving, streefden we er ook naar om zo weinig mogelijk van het bos in te nemen. Door ons bovendien te richten naar zowel de straat als de achterliggende bosdreef, fungeert het internaat echt als verlengde van de campus. De oriëntatie en de wens naar een flexibele indeling, leidde ons uiteindelijk naar dit lusvormig ontwerp. Dit liet niet alleen toe dat we in twee bouwlagen telkens twee leefgroepen van maximaal tien personen konden voorzien waarvan de grootte makkelijk gewijzigd kan worden, centraal in het gebouw ontstond zo inpandig een beschermde buitenruimte voor die vier leefgroepen. De verschillende functies enten zich maximaal op deze centrale patio of op het omliggende bos.”
De inkom van het gebouw ligt aan de straatzijde, waar ook een parking en fietsenstalling werd voorzien. Bovendien wordt die overdekte glazen inkom geaccentueerd door een groot kunstwerk op de verdieping. Dit werk van de hand van de Brusselse kunstenares Jeanine Cohen is maar liefst negen meter lang en vier meter hoog. Het werd gerealiseerd in geperforeerd, bronskleurig aluminium en bestaat uit twee verschillende lagen met verschillende kleuren. Afhankelijk van het zonlicht en het tijdstip gedurende de dag, krijg je meer of minder intense kleurvariaties te zien die door de in grootte wisselende perforaties stralen. De bronskleur van het werk sluit naadloos aan bij de gevelsteen en de bomen in de omgeving. “Deze kunstintegratie vloeit niet alleen voort uit de VIPA-overeenkomst, we wilden het ook echt integreren in de architectuur van het gebouw. Bovendien verbergt het subtiel een technische ruimte die zich in de buitenruimte boven de inkom bevindt. Een duidelijke win-win.”
Het programma op de twee niveaus verschilt nauwelijks en daarbij werd gekozen voor een geleidelijke overgang van publiek naar privaat. Rond de toegang is er telkens circulatie (lift en trappenhal) en administratie georganiseerd met functies zoals vergaderzalen, kantoren en sanitair. De twee leefgroepen per verdieping starten aan weerszijden daarvan en lopen langs de rondgang van de centrale patio door tot op het punt waar ze elkaar kunnen ontmoeten. De overgang van de meer publieke functies naar de privatieve wordt verzacht door daar leefruimtes te voorzien met keuken en terras en vervolgens nog enkele ontspannings- of kleinere leefruimtes voor de jongeren. Pas na een sanitair blok starten dan uiteindelijk de slaapgedeeltes met telkens tien kamers. Om in te kunnen spelen op die flexibiliteit is er tijdens het proces beslist om één unit met gemeenschappelijk sanitair te voorzien en één waarbij elke kamer over een eigen badkamer be-schikt. Op die manier kunnen ze ook oudere en meer zelfredzame kinderen een thuis bieden. De aanpasbaarheid van het gebouw uit zich ook in het modulaire concept. “Alle wanden tussen de kamers en zelfs één van de gangwanden zijn licht en niet dragend, dus die kunnen er in principe allemaal uitgehaald worden. Behalve de sanitaire kernen die vaste plekken of technische ruimtes zijn, is al de rest flexibel. En zo kan je door een deur te verplaatsen makkelijk enkele kamers van unit laten wisselen.”
Van de materialisatie maakte hasa architecten gebruik om het gebouw in zijn omgeving te laten verdwijnen. De baksteen van Wiener-berger in verschillende kleurschakeringen zorgt voor een bakstenen schil die rust uitstraalt doordat die tinten ook in het bos terug te vinden zijn. Waar er in de bakstenen schil uitsnedes werden gemaakt voor bijvoorbeeld een terras of de buitentrap, werden die gekaleid. “Die ingrepen, net als het variëren in metselwerk en zonwering, dienen ook als schaalverkleining voor het gebouw. Dergelijke accenten zorgen voor een aangename aanblik en voor rust. Het gebouw is door de materialisatie ook leesbaar. Zo wijzen de grote raampartijen op leefruimtes terwijl achter het vaste ritme van kleinere gemoduleerde ramen de kamers schuilgaan. Zonder dat die heel klein zijn, ze zijn immers gevelhoog waardoor de kinderen een mooi zicht op het bos hebben en tot rust kunnen komen.”
De broodnodige vluchtweg in dergelijke gebouw bevindt zich achteraan en is gericht op het pad naar de achterliggende bosdreef en zo naar de rest van de campus. Ook die werd mee ontworpen in de architectuur van het gebouw, waardoor die er als een sculptuur tegenaan hangt. In dezelfde geest om zo min mogelijk van het bos in te nemen, is gekozen voor zo weinig mogelijk verharding. Een pad van doorlaatbare kasseien oogt natuurlijk en dat geldt misschien nog meer voor de brandweg die in verzwaard gras werd aangelegd. Enkel voor de terrassen is gekozen voor een gepolierde betonvloer.
Binnenin zorgt een warme grijze polyurethaan gietvloer overal voor een naadloos en comfortabel loopoppervlak, zelfs in de inloopdouches. De rest van de wanden en het interieur werd heel neutraal ingevuld. Met uitzondering van enkele warme accenten zoals de houten deuren, details in donkerblauwe hpl en berken multiplex in de keukens bij de leefruimtes en in de kamers, en het spelen met verlichting en met het patroon van de akoestische plafondtegels in de leefruimtes. “Uit ervaring met dergelijke projecten weten we dat het gebouw ook gepersonaliseerd wordt door zijn bewoners via portretten van de kinderen en knutselwerken of installaties zoals hier in de inkom. Die vrijheid willen we hen dan ook graag geven. Het was voor ons vooral belangrijk dat je in het gebouw een gevoel van ruimte hebt met veel zicht en lichtinval. Door de vorm en de centrale patio waarop je bij het binnenkomen meteen een doorzicht krijgt, is dat hier zeker het geval. Dat maakt het heel huiselijk. Bij de indeling hebben we dan ook maximaal ingespeeld op de oriëntatie.”
Niet alleen de verschillende functies werden ingeplant, rekening houdend met de oriëntatie. Dat gebeurde ook met de technieken. Zo is er in functie van de oriëntatie van de gevels zonwering voorzien. Waar nodig is dat met vaste horizontale luifels, dan weer met verticale vinnen en enkel daar waar overbezonning kan optreden, zijn ook mobiele screens voorzien. Het koelen van de slaapkamers gebeurt dan weer passief via grondbuizen onder de oprit vooraan het gebouw. Daar, onder de parking, bevindt zich eveneens een phytobekken waar al het vuil water wordt gezuiverd.
hasa architecten is in zijn opzet geslaagd een gebouw te realiseren dat het leven in het bos amper verstoort. “Op de één of andere manier straalt het rust uit. Enerzijds doordat het mooi in de omgeving past, maar anderzijds ook door de inplanting van de verschillende functies. Er zit een zekere kleinschaligheid in gezien elke leefgroep van tien zijn eigen ontspanningsruimtes heeft en altijd contact met de buitenomgeving. Elk kind heeft op die manier voldoende plekken om tot rust te komen. En ook voor het personeel hebben we het zo gebruiksvriendelijk mogelijk gemaakt. Dat is een uitdaging die we altijd aangaan. Een aangename werkomgeving is voor iedereen belangrijk.”
Tekst: Sam Paret
Foto’s: Tim Van de Velde